zondag 22 juni 2008

Zeehondsdolheid

Dol van geluk worden mensen als ze een zeehond (menen te) zien. Ik was op Ameland en op de terugweg voeren we met de Robbenboot een heel eind om, om zeehondjes te kunnen zien. Vanwaar dat liefkozende verkleinwoordje? Wat is er vertederend aan een aangespoelde frikandel van 250 kilo op een zandplaat? Zo'n beest doet niets, het ligt maar wat op zijn pens. Het is allerminst aaibaar: een poging in die richting kan je makkelijk je vingers kosten en een bijzonder nare ontsteking opleveren.
Toch raakten allerlei mensen in extase bij de aanblik van enige robben op veilige afstand en vergaten zelfs even dat ze erg bang waren het begin van de kwartfinale Nederland-Rusland op de EK te missen (een angst die terecht bleek, maar achteraf niet zo erg). Doodknuppelen hoeft van mij ook niet direct, maar wat er nu zo tof is aan dit zeezoogdier, is mij een klein raadsel.
Is het de schuld van Greenpeace? Komt het door Seabert? Kan iemand mij vertellen waar deze zeehondsdolheid vandaan komt?

Geen opmerkingen: